je/iemand netelen
prikken aan/met een brandnetel Dat was een snep, een gier van een snep, een pinneken-nauw, altijd kankerend, altijd zuur en citroen; een onhebbelijke ekster, kruidje-roer-me-niet, te proper, te moeial, te deftig, te van alles; dom, hoovaardig, jaloersch. Ik kan er niet genoeg kwaad van zeggen. Een vrouw om dood te netelen. (Felix Tim...