Wat is de betekenis van hysop?

hysop - Zelfstandignaamwoord 1. (plantkunde) Hyssopus officinalis, een gewas met geneeskundige kracht ♢ In de keuken wordt de hysop wel gebruikt, maar het behoort niet tot de meest bekende kruiden.

Wordt tot de kruiderij gerekend. Het zijn blaadjes met een enigszins bittere smaak. Soms worden ook de stengeltoppen gebruikt, die in kleine hoeveelheden, vers of gedroogd, worden toegevoegd aan salades, ragouts en sausen. Hysop mag niet worden meegekookt.

lipbloemige heester

Zuideuropees geurkruid.

(van Hebr.: ezob) is de naam van een plant, die veel in Palestina voorkwam en dank zij haar harde, fijnbehaarde bladeren benut kon worden als kwast, vooral bij besprenkeling. Volgens de meeste botanici is in de Bijbel niet bedoeld de zgn. Hyssopus officinalis, maar een plant uit de Lipbloemenfamilie, de zgn. Origanum maru, die ook op oude muren gro...

Hierbij hebben wij niet te denken aan de eigenlijke Hysop (Hyssopus officinalis), want die komt in Palestina niet voor, maar aan een verwante plant, de Marjolein (Origanum maru). Dit is een heestertje uit de familie der Lipbloemigen (Labiatae), dat overal in Egypte, op de Sinaï en in Palestina langs hellingen en in scheuren en spleten van de bodem,...

v. Z.-Eur. plant, vaak tegen slijmige borstziekten aangewend; de kleinste plant.

v. (Gr.-Hebr.) gewas van het Middellandse-zeegebied, met geneeskundige kracht; Lat. hyssopus officinalis, misschien niet de plant waarvan in de Bijbel sprake is: een bundel hysopstengels diende in de Tempel tot besprenging; allengs werd aan de hysop zelf een reinigende kracht toegeschreven.

('hi:sop) m. [Hebr.] heester uit het Middellands-Zeegebied met lancetvormige bladeren en hemelsblauwe bloemaren, rijk aan oliestof, prikkelend van reuk en smaak (Hyssopus officinalis) : de diende bij de Israëlieten als kwast tot besprenkeling.