Hulp
v., 1. de daad van helpen, bijstand, ondersteuning, medewerking: hulp verlenen, bieden, brengen; hulp zoeken, vragen, ontvangen enz. ; om hulp roepen; iemand te hulp komen, hem helpen; zijn hulp aanbieden; met Gods hulp, meest in de bet.: indien God helpt; 2. (-en), (rijsch.) de bewegingen waardoor de ruiter zijn wil aan het paard mededeelt: hi...