Fideïsme
o., religieuze opvatting volgens welke de redelijkheid van het geloof niet bewezen kan worden.
Van Dale Uitgevers (1950)
o., religieuze opvatting volgens welke de redelijkheid van het geloof niet bewezen kan worden.
Wiktionary (2019)
fideïsme - Zelfstandignaamwoord 1. opvatting dat religieuze waarheden niet beredeneerd kunnen worden, maar geloofd moeten worden 2. opvatting dat iedere geloofsleer een poging is om het subjectieve religieuze gevoel intellectueel uit te drukken Woordherkomst afgeleid van het Franse fidéisme (met het achtervoegsel -isme) Ve...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Prof. dr. J.C. Groot (1955)
(Lat.: fides, geloof) is een verzamelnaam voor al die leerstelsels, die de betekenis van het geloven op een of andere wijze ten nadele van de natuurlijke rede overschatten. Zo kan men de protestantse ontkenning van de mogelijkheid ener natuurlijke godskennis en apologetica als fideïstisch bestempelen. Evenzo de Jansenistische waardering der go...
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
dwaling van hen, die wel de ware leer der Kerk over de natuur en den grond van den bovennatuurlijken geloofsakt aanvaarden, maar niet aannemen, dat de redelijkheid van het geloof kan bewezen worden. Deze dwaling werd geboren ofwel uit een overdreven opvatting van de vernietigende uitwerking der erfzonde op de natuur van den mensch, in het bijzonder...
Jozef Verschueren (1930)
(‘ismə) o. [Lat. fides, geloof] 1. wijsgerig stelsel volgens welk wij de eerste waarheden kennen, niet door de rede, maar door het geloof. 2. leer die het geloof als een gevoelszaak beschouwt.
F.W. Grosheide (1926)
Zoo wordt genoemd de theorie, door den Franschen godgeleerde E. Ménégoz ontwikkeld, in aansluiting aan de door zijn ambtgenoot August Sabatier sedert 1893 onder den naam van Symbolisme voorgedragen opvatting. Volgens Sabatier bestaat het wezen van den godsdienst, die uit noodgevoel ontspringt, in geloof, vertrouwen, overgave des harte...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
[Lat. fides, geloof], o., 1. (filosofie) term die opvattingen aanduidt die zich op geloof baseren ; 2. (theologie) term die richtingen aanduidt die niet de leer, maar de gelovige gezindheid op de voorgrond plaatsen. Om het geloof waarop het filosofisch fideïsme een beroep doet van het godsdienstig geloof te onderscheiden, stelde G.Santayana...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: