Wat is de betekenis van brim?

2025-07-28
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Brim

I rand; boord, kant; II tot de rand vullen III vol zijn; brim (over) with, overvloeien van.

2025-07-28
Geneeskundig woordenboek (EN-NL)

dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)

brim

bekkeningang.

2025-07-28
Woordenboek Marokkaans Arabisch - Nederlands

Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press