Wat is de betekenis van Borg (werktuigkunde)?

2025-07-25
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Borg (werktuigkunde)

Beveiliging, waarborg tegen breken of losdraaien. Borgketting tusschen twee spoorwagens. Borgsloep, waarlooze sloep, reservesloep. Borgmoer, tweede moer, contramoer. Borgpin, borgtouw, borghout, borgplaat.