Wat is de betekenis van börg?

2025-07-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Borg

I. m. (-en), 1. persoon die zich voor een ander, voor het geval dat deze zijn verplichtingen niet nakomt, aansprakelijk stelt, thans alleen met betr. tot geldelijke verplichtingen: de borgen van de koper, huurder, aannemer; borgen stellen, opgeven; iern. als borg stellen;borg spreken voor iem., zich borg stellen...

2025-07-28
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Borg

Verkorting van Germaanse namen met Burg-, bijvoorbeeld Borgert, Burghard; Burg- betekent 'bescherming' (zie -burg-).

2025-07-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

borg

borg - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die garant staat voor een eventueel te betalen bedrag, de borgsteller Hij was bereid als borg op te treden. 2. borgsom, borgtocht, waarborgsom, cautie, onderpand Als je het huurhuis weer in de originele staat aflevert krijg...

2025-07-28
Vastgoedmanagement

Willem G. Keeris (2018-2019)

Borg

Borg is het algemeen gehanteerde, niet gespecificeerde begrip, waarmee een (rechts)persoon wordt aangeduid, die zich voor een bepaalde schuld, dan wel – afhankelijk van de context – voor een specifieke schuld, garant heeft gesteld tot zo nodig betaling ervan via een ‘borg-stelling’, in het geval de daarbij betrokken schulden...

2025-07-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

borg

borg - zelfstandig naamwoord 1. iemand die belooft je schulden te betalen als dat nodig is ♢ hij is borg voor mij geweest, doen ik dat huis kocht 1. ergens borg voor staan [het garanderen] ...

2025-07-28
Brabants Handwoordenboek

Prof. dr. Jos Swanenberg (2015)

börg

(zn) borg, krediet EK.

2025-07-28
Papiaments woordenboek

Papiaments woordenboek

borg

borg

2025-07-28
Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Borg

1. Oorspronkelijk de benaming van een weerbaar huis. Sinds de 17de eeuw wordt borg in meer algemene zin gebruikt voor buitenplaatsen, meestal bewoond door de Ommelander adel of Groninger regentengeslachten. De oudste vorm van de borg is het steenhuis, een vierkant of - meestal - rechthoekig gebouw met dikke muren van kloostersteen. Aan het einde va...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-28
Lexicon Nederland en België

Liek Mulder (1994)

Borg

Borg, Groningse benaming voor burg of burcht. Oorspronkelijk was een borg een versterkte boerenhoeve of heerd, waaraan bepaalde heerlijke rechten waren verbonden. De eerste borgen waren verdedigbare woontorens, die later tot een kasteel uitgroeiden. Een voorloper van de borg bevindt zich in Niebert (Ybema). De oorspronkelijke vorm van de borg is no...