Aesculaap
1. (myth.) Gr. god der geneeskunst; 2. m. (...lapen), (scherts.) geneesheer.
Douwe Brongers & Désirée Raemaekers (2004)
Attribuut van de Griekse god Asklepios, de god van genezing. Het is een grofgesneden houten staf waar een slang omheen slingert. Zie caduceus.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
bijnaam voor de arts. Aesculaapteken, bestaande uit staf met slang en schaal, is de symbolische aanduiding van de aanwezigheid van een medicus of medische inrichting.
Winkler Prins (1949)
lig. voor dokter', afkomstig van Aesculapius de Latijnse naam voor de Griekse god der geneeskunde Asklepios*.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
1.Gr. Asklepios, Lat. Aesculapius, Grieksche god der geneeskunde, zoon van Apollo en Coronis, die de dochter was van Phleggos, koning der Thessaliërs. A. was vlg. sommigen te Laceria in Thesasalië, vlg. anderen te Epidaurus in Argolis of te Tricca in Messenië. Volgens de sage werd Coronis door Artemis wegens ontrouw aan Apollo gedood...
Dr. Ch. Bles (1929)
de God der geneeskunde; in overdrachtelijken zin wordt de arts inplaats van den dienaar van A. ook wel A. genoemd. Aesculaapstaf, zinnebeeld der geneeskunde, een met slangen omkronkelde gevleugelde staf.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: