Turkmeens tapijt vervaardigd door nomadenstammen aan de grens tussen Afghanistan en Turkestan.
Tamelijk grofgeknoopte pool. met een knoopdichtheid van ca. 1000-1500 knopen per dm2, meestal met Senneh-knoop geknoopt. Het vcldpalroon bestaat uit grote, recht naast elkaar geplaatste achthoeken (güls). diagonaalsgewijs in vieren gedeeld met daarin gestileerde bladmotieven. Daartussen zijn geometrische figuren of sterren aangebracht in contrasterende kleuren. Van alle Turkmeense tapijten heeft de Afghaan de smalste rand, die met lange, dikwijls geknoopte franjes is afgezet. De gebruikte kleuren zijn overwegend donker, maar rijk van tint; de fondkleur is bruinachtig rood, de motieven zijn in blauw, groen en wit aangebracht. Afshar, Perzisch tapijt, vervaardigd door nomadenstammen uit het gebied tussen Kirman en Shiraz.
Grondkleuren: ivoor, „soms blauw of' rood. waarop bonte motieven zijn aangebracht, Het veldpatroon beslaat uit serabenl-molieven ol’ ruiten met gestileerde bloemen. De randen zijn versierd met medaillons, hoekige rank-of bladmotieven en bloemen. De keuze der motieven en dessins verraadt de invloed van de Shiraz- en Kaukasische tapijten. Katoenen ketting, wollen, met Ghiordesknoop geknoopte pool. Knoopdichtheid ca. 700 1000 knopen per dm2.
