Colchicine heeft een merkwaardige invloed op het kerndelingsproces bij planten en dieren. Bij een kerndeling, welke zich onder invloed van colchicine voltrekt, worden de chromosomen wèl overlangs gespleten, doch de vorming van een kernspoel, het uiteenwijken der chromosoomhelften en de vorming van een scheidingswand blijven achterwege.
Het resultaat is een celkern met een verdubbeld aantal chromosomen. Deelt een dgl. celkern zich later normaal, dan bezitten de daaruit ontstaande dochterkernen eveneens het dubbele aantal chromosomen. In de plantenveredeling wordt van dit merkwaardige verschijnsel gebruik gemaakt om planten met een veelvoud van het chromosomenaantal (tetraploiden, octoploiden) te kweken. In feite leidt c. tot de vorming van nieuwe plantensoorten. Bij soortsbastaarden, welke veelal steriel zijn, heeft de door colchicine veroorzaakte verdubbeling van het chromosomenaantal dikwijls tot gevolg, dat de steriliteit wordt opgeheven (z. Colchicum).