(graaf), sedert 1848 gepensioneerd als wurtemb. luit.-generaal,geb. 28 Julij 1783 te Windheim in Westfalen, trad 1796 in hanov., 1803 in nassausche dienst, moest wegens een duel de vlugt nemen, werd ritmeester bij dewurtembergsche kavallerie, onderscheidde zich 1809 bij Riedau, en maakte onder Ney den russischen veldtogt mede. Na den overtogt van de Berezina bragt B. de wurtembergsche troepen in hun vaderland terug, kommandeerde het le regement Chevaux-legers in de veldslagen van Bautzen, Seiffersdorf en Jüterbogk, werd in Leipzig krijgsgevangen; en toen Wurtemberg de zijde van Duitschland koos, trad B. op als chef van den generalen staf der kavallerie, werd 1816 kolonel en in den gravenstand verheven, en 1819 generaal-majoor.
Hij heeft ook vele belangrijke krijgskundige werken geschreven.