(Cajus Flavius), een heethoofdig aanhanger van Marius, werd naar Azië gezonden als onderbevelhebber van consul Valerius Flaccus, die (86 v. Chr.) benoemd was in plaats van Sylla.
Door allerlei kuiperijen wist hij het leger aan het muiten te brengen tegen Valerius Flaccus, die de vlucht moest nemen, en door F. vervolgd en in Nicomedië door hem gedood werd. Daarop behaalde F. verscheidene voordeelen op Mithridales, en toog als zegevierend door Azië, overal de afschuwelijkste wreedheden plegende tegen de aanhangers van Sylla; doch weldra kwam Sylla zelf naar Azië, gaf F. de nederlaag bij Thyatira, en belegerde hem aldaar. Na eene mislukte poging om Sylla door sluipmoord te doen vallen, nam F. de vlucht naar Pergamus, en liet zich daar door een zijner slaven doodsteken (84 v. Chr.). (een andere Cajus Flavius), was uit den geringsten stand tot de hoogste ambten opgeklommen, en werd 104 v. Chr. consul; later als bestuurder van een wingewest aangeklaagd wegens knevelarij, werd hij echter vrijgesproken. Cicero vermeldt dezen F. als redenaar.
(Flavius), broeder van Cajus Flavius F., hierboven het eerst genoemd, diende in den oorlog tegen Sylla, onder Norbanus (82 v. Chr.) en stierf door sluipmoord.