Definities van Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek) in de Ensie I
- Inbrengen
- Inbreuk
- Inburgeren
- Incarnaatklaver
- Incasseren
- Inclusief
- Indachtig
- Indelen
- Indeling
- Indenken
- Inderdaad
- Inderhaast
- Indertijd
- Indeuken
- Indiaan
- Indiaans
- Indië
- Indien
- Indienen
- Indijken
- Indisch
- Indommelen
- Indopen
- Indringen
- Indringer
- Indrogen
- Indruisen
- Indruk
- Indrukken
- Indrukwekkend
- Industrie
- Induwen
- Ineen
- Ineengedoken
- Ineenkrimpen
- Ineenlopen
- Ineens
- Ineenschrompelen
- Inenten
- Infaam
- Infectie
- Influenza
- Influisteren
- Informatie
- Informeren
- Ingaan
- Ingang
- Ingelanden
- Ingenomen
- Ingenomenheid
- Ingetogen
- Ingetogenheid
- Ingeval
- Ingevallen
- Ingeven
- Ingeving
- Ingewand
- Ingewikkeld
- Ingeworteld
- Ingezetene
- Ingooien
- Ingrijpen
- Inhaken
- Inhalen
- Inhalig
- Inhaligheid
- Inham
- Inheems
- Inheien
- Inhoud
- Inhouden
- Inhout
- Inhuldigen
- Inhuren
- Initiaal
- Initiatief
- Inkankeren
- Inkeer
- Inkepen
- Inkeping
- Inkeren
- Inkijk
- Inkleden
- Inkoken
- Inkomen
- Inkomer
- Inkomst
- Inkoop
- Inkoopsprijs
- Inkopen
- Inkorten
- Inkrimpen
- Inkrimping
- Inkt
- Inktappel
- Inktpot
- Inktvis
- Inktvlek
- Inkuilen
- Inkwartieren