Definities van Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek) in de Ensie N
- Na
- Naad
- Naaf
- Naaidoos
- Naaien
- Naaigaren
- Naaimachine
- Naaimandje
- Naairing
- Naaischool
- Naaisel
- Naaister
- Naaiwerk
- Naakt
- Naaktheid
- Naaktzadige
- Naald
- Naaldaar
- Naaldboom
- Naaldenkervel
- Naaldenkoker
- Naaldwaterbies
- Naaldwerk
- Naaldwoud
- Naam
- Naambordje
- Naamgenoot
- Naamgeving
- Naamkaartje
- Naamlijst
- Naamloos
- Naamval
- Naamwoord
- Naamziek
- Naäpen
- Naäper
- Naar
- Naardat
- Naargeestig
- Naargeestigheid
- Naargelang
- Naarheid
- Naarmate
- Naarstig
- Naarstigheid
- Naast
- Naaste
- Naasten
- Naastenbij
- Naasting
- Naastwonend
- Naastwonende
- Nabeklag
- Nabespreking
- Nabestaande
- Nabetrachting
- Nabij
- Nabijheid
- Nablijven
- Nablijver
- Nabootsen
- Naborst
- Naburig
- Nacht
- Nachtbraken
- Nachtbraker
- Nachtegaal
- Nachtegaal-rietzanger
- Nachtelijk
- Nachtgewaad
- Nachthok
- Nachtjak
- Nachtkastje
- Nachtkoekoeksbloem
- Nachtmerrie
- Nachtmuts
- Nachtorchis
- Nachtraven
- Nachtrust
- Nachtschade
- Nachtslot
- Nachtspiegel
- Nachttor
- Nachtverblijf
- Nachtvlinder
- Nachtvorst
- Nachtwacht
- Nachtwaken
- Nachtwaker
- Nachtwerk
- Nachtzoen
- Nachtzwaluw
- Nadag
- Nadat
- Nadeel
- Nadenken
- Nader
- Naderen
- Naderhand
- Nadien