verouderde benaming voor het toilet zoals dat er vroeger uitzag: een plank met twee openingen.
Verwijst naar het nummer dat vroeger in hotels op de kamerdeuren stond. Het gaat om een vertaling van het Franse ‘numéro cent’, waarbij gezinspeeld werd op het woord ‘sentir’ (ruiken). Ook in het Duits gebruikelijk: ‘Nummer Null’ of ‘Null Null’ (als kenteken van hoteleigenaars dat het hier niet om een slaapkamer gaat). Geen enkel fatsoenlijk mens heeft het tegenwoordig nog over het ‘kak- of schijthuis’. Daarvoor in de plaats kwamen talrijke neutrale benamingen of eufemismen zoals: de bestekamer*; het (geheim) gemak*; het kleinste* kamertje; het kabinet*; de koer*; het privaat*; de stille*.
Allemaal op d’r beurten heentrippelend naar numero honderd...
Israël Querido: Levensgang. 1901