Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

TANCHELM

betekenis & definitie

(Tanchelijn, Tanchelin, Tanchelinus). Monnik.

Volgens de Belgische historicus Henri Pirenne (1927) wilde Tanchelm, in opdracht van graaf Robrecht II van Vlaanderen (1087-1111), Zeeland losmaken van het bisdom Utrecht, om het te doen opnemen in het Vlaamse bisdom Doornik.Tanchelm is vaak gedoodverfd als een ketter. In werkelijkheid was hij een gevierd rondreizend prediker die in de zg. Investituurstrijd (1075-1122: tussen de paus en de keizer over de bezetting van vooral hoge kerkelijke ambten) de zijde van de paus had gekozen. Toen in 1112 de opvolging van de juist overleden bisschop van Utrecht dreigde te worden beslist ten gunste van de keizersgezinden. schijnt Tanchelm in Rome het idee te hebben verdedigd, het zuid-westen van het Utrechtse bisdom te doen verenigen met het Vlaamse bisdom Terwaan (thans Térouanne in NoordFrankrijk) waar de bisschop, Jan van Waasten, bekend stond als een hervormingsgezinde bemiddelaar. Rome besliste dat het Utrechtse gebiedsdeel, in afwachting van een vervulling van de Utrechtse vacature in pauselijke zin, slechts tijdelijk werd geplaatst onder de rechtsmacht van de bisschop van Terwaan. Dit interimbewind eindigde bij de benoeming, in 1114, van een pausgezinde Utrechtse bisschop.

Het gebied dat korte tijd onder Terwaanse jurisdictie had gestaan, strekte zich uit van de → Vier Ambachten in het zuiden tot een onbekende grens ten noorden van Voorne. De bekendste volgeling van Tanchelm, die zelf waarschijnlijk nauw was verbonden met dit in hoofdzaak Zeeuwse gebied, was priester Everwacher, waarschijnlijk pastoor van Voorne.

LITERATUUR

J.M. de Smet, De monnik Tanchelm. C. Dekker. ZuidBeveland, 330-337.