tot aan het einde van de 19e eeuw nog in het landbouwbedrijf zelf. Met coöperatieve zuivelfabriekjes werd eerst in 1891 een begin gemaakt; men sloot zich aan bij de Zuid-Nederlandse Zuivelbond, die in 1893 tot stand kwam, aanvankelijk voor Limburg en Noord-Brabant samen.
In 1895 kwam de botermijn in Maastricht tot stand, in 1897 gevolgd door de botermijn van Eindhoven; spoedig werd overgegaan tot de oprichting van de Noord-Brabantse Zuivelbond.In 1947 telde Zuid-Nederland nog vele tientallen kleine zuivelverenigingen op coöperatieve basis met circa 120 melk- en boterfabriekjes. Het kwam tot vele fusies, waardoor uiteindelijk in 1976 een grote zuivelcoöperatie CZ Campina tot stand kwam.