(1535—1603), de besliste strijder voor het Puriteinsch Presbytérianisme, werd in 1535 te Herfordshire geboren. Hij studeerde aan het St.
John’s College te Cambridge, maar moest bij het optreden van Maria de universiteit verlaten, werd toen schrijver bij een zaakwaarnemer en kreeg daardoor kennis van het recht. Na den dood van Maria studeerde hij in het Engelsch recht en in de theologie.
Hij werd een groot kanselredenaar, een gevreesd disputator en een krachtig verdediger van de Puriteinsche richting tegen het streven van koningin Elisabeth, die in de regeering der kerk en in de cultus vele romaniseerende gedachten zocht te realiseeren. Krachtig trad hij op tegen het streven van Whitgift en schreef: Replie of Th.
Cartwright agaynst Dr. Whitgiftes second answer touching the Churche Discipline (1575) en The Rest of the second Replie (1577).
In deze geschriften zette hij het Presbyteriaansche beginsel uiteen, dat de kerk in leer, tucht en kerkregeering haar grond en maatstaf vindt in de Heilige Schrift. Hij leerde: Ie. de naam en het ambt van de bisschoppen en aartsbisschoppen moeten worden verwijderd uit de kerk; 2e. volgens het Woord Gods is het ambt van den bisschop de bediening des Woords en van de diakenen de verzorging der armen; 3e. de regeering der kerk is niet in handen van bisschoppelijke kanseliers en raden, maar van de predikanten en de ouderlingen der gemeente ; 4e. elk predikant is verbonden aan een bepaalde gemeente, en niet aan meerdere ; 5e. de diaken wordt niet door den bisschop benoemd, maar door de gemeente gekozen.
Tijdens zijn verbanning heeft Carthwright het door de Puriteinen hooggeachte werk van Travers, een geleerd predikant te Cambridge : Disciplina Ecclesiae sacra ex Dei verbo descripta (de heilige discipline der kerk in het Woord van God beschreven), in het jaar 1574 te Genève uitgegeven, in het Engelsch vertaald en met een voorrede verrijkt. Gedurende den druk te Cambridge werd het boek ontdekt en verbrand, maar in 1644 werd het onder Cartwright’s nalatenschap gevonden, en onder den titel : Directory of Government uitgegeven.In 1585 keerde hij, door Leicester beschermd, naar Engeland terug, werd weldra in den kerker gezet, doch door invloedrijke vrienden bevrijd en aangesteld tot prediker in een hospitaal te Warwick. Maar wijl hij in dit werk geen bevrediging vond, trad hij weldra, overal waar hij kon, op als prediker, en voerde voor het eerst het vrije gebed in de Engelsche kerken in. Zoo werd hij de vader van de Presbyteriaansche gemeenten, en ijverde met kracht voor de Presbyteriaansche beginselen en de organisatie der Presbyteriaansche kerk. De Holy Discipline, waarin hij met Travers de Presbyteriaansche gedachte had uitgewerkt, werd op de Synode te Cambridge (1588) aangenomen en door 500 predikanten onderteekend. Met beslistheid verzette Cartwright zich tegen de leeringen der Brownisten. Nog eenmaal werd hij in 1590 voor de Hooge Commissie gedaagd en met velen zijner vrienden gevangen genomen.
In 1592 ontslagen, onder voorwaarde dat hij zich rustig zou houden, was zijn gezondheid door het lijden en de vervolging gebroken. Den 27en December 1603 ontsliep hij in vrede te Warwick.
Cartwright was een zeer geleerd man en een krachtig strijder voor de hem zoo dierbare Presbyteriaansche beginselen. In zijn polemiek tegen de organisatie en de gebruiken van de Staatskerk, en door zijn geschriften heeft hij den grondslag gelegd voor het Engelsch Presbyterianisme.