Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 08-01-2020

Kerkschip

betekenis & definitie

(Hospitaal-kerkschip „De Hoop”, Visscherij). Dit schip gaat uit van de „Nederlandsche Vereeniging ten behoeve van Zeelieden van elke nationaliteit”, die in 1898 gesticht werd.

De ziel van deze actie ten behoeve der visschersvloot was Ds. J.

Chambers, die als zendeling op Magdalene lslands in Canada met de lichamelijke en geestelijke nooden der visschers bekend werd. Op zijn initiatief werd ook hier in 1899 het bovengenoemde Hospitaalkerkschip „De Hoop” gebouwd.

Dit schip moet zich volgens Artikel 111 der Statuten „zooveel mogelijk bevinden op plaatsen in de Noordzee, waarin in de verschillende seizoenen de visscherij wordt uitgeoefend”.Het doel is, zooals de naam reeds aanduidt, tweeërlei. Vooreerst om op zee als hospitaal dienst te doen, of, zooals Artikel II der Statuten zegt, om den „zeeman van welke nationaliteit of geloofsbelijdenis, geneeskundige en heelkundige hulp te verschaffen, waar hij die onder sommige omstandigheden zou moeten ontberen”. Er is dan ook op het schip een dokter aanwezig om de zieken te behandelen. Is er op een of ander visschersvaartuig een zieke aan boord dan seinen ze om hulp. Telkens gebeurt het, dat er een ongeluk, bijv. een arm- of beenbreuk plaats heeft, of dat er een besmettelijke ziekte uitbreekt, zoodat medische hulp dringend noodig is. Ernstige zieken worden dan aan boord van „De Hoop” genomen, om den patiënt een zorgvuldige verpleging te kunnen geven en eventueel besmetting te voorkomen.

Zaterdags gaat „De Hoop” geregeld naar de haven (vooral van Lerwick), omdat de visschers daar vaak den Zondag doorbrengen, waar de dokter dan volop werk heeft. De overige dagen kruist „De Hoop” op zee tusschen de visschersschepen rond om overal hulp te bieden, waar die gevraagd wordt.

Voorts is het doel om als kerk dienst te doen, nl. om den zeeman van elke nationaliteit en geloofsbelijdenis „zoowel in onze havens ais op zee godsdienstig en zedelijk te verheffen”. Daarvoor is dan ook een predikant aan boord, die daags een korte en Zondags een langere godsdienstoefening houdt voor de bemanning aan boord. Is „De Hoop” Zondags in de haven dan hangt het van de omstandigheden af. Zijn er weinig schepen in de haven, dan wordt aan boord dienst gehouden. Met de vlag wordt een signaal gegeven. Zijn er veel schepen in de haven dan wordt er in een van de Ëngelsche kerken, daarvoor welwillend afgestaan, in het Hollandsch dienst gehouden. Verder bezoekt de predikant de schepen, deelt lectuur, tractaatjes, Blijde Boodschappen, preeken enz. enz. uit, en houdt dan ook, als het werk het toelaat, een korte godsdienstoefening.

Behalve door deze Vereeniging wordt er ook door de Gereformeerde Vereeniging „Bethsaïda” in den zomer enkele weken in de haven van Lerwick en in de laatste jaren ook in enkele Fransche havens gewerkt. Deze vereeniging wordt gevormd door de zoogenaamde „zeekerken” d. i. enkele Gereformeerde kerken, dicht aan zee gelegen, die voor een groot deel uit visschersbevolking bestaan, zooals Scheveningen, Vlaardingen, Maassluis, Katwijk, Noordwijk enz. Het bestuur van de vereeniging „Bethsaïda’' zond reeds vóór den oorlog een tweetal predikanten uit, die in Lerwick onder de binnenkomende visschers arbeidden. De oorlog dwong hen dien arbeid tijdelijk te staken. Na den oorlog hebben ze hem weer opgevat en zelfs tot de Fransche havens te Boulogne en Dieppe uitgebreid. Zij heeft echter niet over een Hospitaal-Kerkschip te beschikken.

Haar predikanten arbeiden in den zomer, in de maand Juni en half Juli ongeveer een vijftal weken in de haven te Lerwick. De arbeid op zee laten zij aan het Hospitaal-Kerkschip „De Hoop” over, maar de geestelijke arbeid aan wal wordt dan door hen verricht. En sinds 1925 wordt ook enkele weken onder de visschers, die in den herfst tegen de Kanaalstormen een toevlucht zoeken in de Fransche havens te Boulogne en te Dieppe gewerkt. Deze arbeid, door beide vereenigingen ondernomen, is niet alleen zeer noodig, maar wordt ook door de visschers zeer gewaardeerd.

< >