Wat is de betekenis van Sabini?

2025-07-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Sabini

Sabijnen, de bewoners van het bergland ten N.W. van Rome tot de Gran Sasso, die zich door volkplantingen tot in Z.-Italië uitbreidden. Volgens de sage (Livius 1, 9 vg.) zouden de eerste bewoners van Rome hun vrouwen van de Sabijnen geroofd hebben. Hun koning Titus Tatius sloot een verbond met Romulus .

2025-07-25
XYZ van de Grieks-Romeinse Oudheid

Jos Liefrink (1989)

Sabini

Sabini - Volksstam uit het bergland ten noordwesten van Rome. Ze waren verwant met de Samnieten. De belangrijkste centra van de Sabini waren Amiternum, Reate en Nomentum. De Sabini speelden een rol in de vroege ontwikkeling van Rome (Roof van de Sabijnse maagden, verbond van Titus Tatius met Romulus). Het is historisch bewezen dat de Sabini een ned...

2025-07-25
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Săbīni

ōrum, m. de Sabijnen, een Ouditaliaanse volksstam; meton., het Sabijnse land, b.v. ex Sabinis, in Sabinis, Liv.; sing., Săbīnus, i, m. een Sabijn, Săbīna, ae, f. Sabijnse vrouw, ook plur., Sabijnse vrouwen. Daarv. Sūblnus, Sabijns; subst., Sūblnum, i, n. (sc. vinum), Sabijnse wijn.

2025-07-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Sabini

(ant. hist.), Oud-Italische stam. begrensd door Latium (W.), Umbrië (N.) en Anio (Z.W), van wie de Midden-Italische volksstammen en de Samnieten afstamden. Vgl. → Sabelliërs.

2025-07-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Sabini

(sa'bi:ni) mv. [Lat.] → Sabijnen.

2025-07-25
Klassiek handwoordenboekje

M.J Koenen en dr. Van Anrooy (1920)

Sabini

een krachtig landbouwend volk in M.-Italië tusschen Latium en Umbrië, dat zich door volkplantingen van uit het moederland tot in Z. Italië uitbreidde. Ook de Samnieten zijn van Sabijnschen oorsprong. De Sabini zouden ook deel aan de vorming van den oudsten Romeinschen staat (zie Romulus) gehad hebben.

2025-07-25
Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Sabīni

Sabīni - Σαβῖνοι, bergvolk in het hart van MiddenItalië, tusschen Etruria, Umbria en Latium. Het breidde zich in den loop der vijfde eeuw in Midden- en Zuid-Italië uit, waar het zich met de oude oscische bevolking vermengde en zelfs de taal daarvan aannam. In tegenstelling van de Sabijnen in de vroegere wo...