Wat is de betekenis van blust af?

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

blust af

blust af - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afblussen ♢ Jij blust af 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afblussen ♢ Hij blust af 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van afblussen blust af...