Wat is de betekenis van blust?

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

blust

blust - Werkwoord 1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blussen ♢ Jij blust 2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blussen ♢ Hij blust 3. verouderde gebiedende wijs meervoud van blussen blust!