De grote encyclopedie van het antiek

Jan Durdik en anderen (1970)

Gepubliceerd op 02-12-2020

Janvier, Antide

betekenis & definitie

(1751-1835), Fr. geleerde, wiskundige en klokkenmaker, van 1771 tot 1774 in Parijs. Hij vervaardigde een planetarium dat in 1773 aan Lodewijk XV werd gepresenteerd.

Vervolgens van 1774 tot 1784 in Verdun, waar hij astronomische instrumenten vervaardigde. Keerde in 1784 naar Parijs terug en werd benoemd tot horloger du Roi (Lodewijk XVI). Vervaardigde in 1789 een pendule des marrées (klok met zeer nauwkeurige getijtafel), planetaria en sferen en hield zich bezig met het verbeteren van het systeem van de equatieklokken. Tijdens de Franse Revolutie week hij uit naar het gehucht Les Chalettes bij Morbier, toen al geruime tijd een centrum van comtoises. Hier zou hij de plaatselijke uurwerkmakers hebben onderwezen in de uurwerkmakerskunst. Ook zou hij de ankergang hebben geïntroduceerd, maar er zijn comtoises met ankergang bekend van vóór die tijd.

In zijn latere leven arbeidde hij aan een decimale tijdsindeling voor horloges. Van zijn publikaties werden Étrennes chrommétriques (1810) en Des Révolutions des corps célestes pur Ie Mécanisme des Rouages (1812) het meest bekend. Behalve precisie-uurwerken bestaan er ook zeer fraaie pendules van zijn hand.