Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 21-01-2021

Aloë

betekenis & definitie

soortenrijk plantengesl. der Liliaceae-fam. van drogere gebieden van Afr., met grote rozetten van vlezige, langs de rand vaak gestekelde bladeren. In de tropen worden enige soorten als sierplant gekweekt.

Van de talrijke soorten is vooral de A.vera L. (de lidah boeaja) bekend. Van het sap van de vlezige bladeren maakt men een haarmiddel. Voor vezelwinning is het blad ongeschikt. De z.g. aloëvezel wordt gewonnen uit de Furcraea gigantea VENT. (Mauritius-hennep).

< >