1. betekent in het algemeen ordening, indeling, overzicht, samenstelling van dingen volgens een bepaalde orde; onze getallen zijn volgens het tientallig stelsel geordend;
2. scheikunde: periodiek systeem der elementen;
3. biologie: rangschikking van planten en dieren in een natuurlijk stelsel naar stamverwantschap op grond van hun overeenkomst in bouw en ontwikkeling. Dit wordt vastgesteld door het zorgvuldige vergelijken van talrijke eigenschappen. Twee voorbeelden:
Leeuw :
hoofdafdeling: gewervelde dieren klasse: zoogdieren orde:
roofdieren familie: katachtigen geslacht: kat (Felis) soort: leeuw (Felis leo)
Witte dovenetel onderafdeling:
bedektzadigen klasse:
tweezaadlobbigen orde:
buisbloemigen familie:
lipbloemigen geslacht:
dovenetel (Lamium)
soort:
witte dovenetel (Lamium album)
4.een kunstmatig stelsel ontstaat wanneer een indeling door het vergelijken van slechts weinig eigenschappen (b.v. aantal en rangschikking der meeldraden) tot stand komt. Een kunstmatig systeem geeft niet de natuurlijke verwantschap aan, doch is slechts een hulpmiddel bij de soortbepaling voor beginnelingen; zie Linnaeus en systematische categorieën.