(19e eeuw) (scheldw.) liberale politicus zonder ruggengraat. Reeds gebruikt door de Nederlandse taalkundige en dichter Willem Bilderdijk. Oud-minister Ernst Hirsch Ballin wordt wel eens een 'glibberaal' genoemd. D66-politicus Alexander Pechtold werd ooit bestempeld als 'neo-glibberaal'.
• Reeds Bilderdijk noemde een liberaal: 'glibberaal'.... (Jac van Weringh: Het maatschappijbeeld van Abraham Kuyper. 1967)
• De vissen lenen zich blijkbaar helemaal niet voor een overstapje naar personen. We vonden slechts bakvis ‘benaming voor aankomende meisjes, ongeveer van 14 tot 17 jaar’ en de glibberaal ‘liberaal politicus zonder ruggegraat’. Het laatste woord staat niet in Van Dale. (Frank Jansen in Hollands Maandblad. Jaargang 1982)
• Dus: anti-ontpolderzeeuw geeft z n stem aan de provinciehuiszeeuw en die stem dreigt via via terecht te komen bij s lands grootste narcistische glibberaal. (de Telegraaf, 22/04/2011)
• Clooney speelt de liberale gouverneur Mike Morris, die namens de Democratische Partij de presidentskandidaat wil zijn. Dat de man er geen doekjes om windt dat hij atheïst is, illustreert dat de makers zich weinig van de Amerikaanse werkelijkheid aantrekken. Een niet-gelovige is bij voorbaat kansloos. De gouverneur is het product van campagnestrateeg Paul Zara (Philip Seymour Hoffman). Aan persmanager Stephen Meyers (Ryan Gosling als glibberaal) de taak om het product te verkopen. (het Parool, 19/10/2011)
Gepubliceerd op 13-07-2020
glibberaal
betekenis & definitie