Gepubliceerd op 31-10-2017

vrijspraak

betekenis & definitie

vrijspraak - Zelfstandignaamwoord
1. (juridisch) uitspraak in een strafproces, die inhoudt dat de rechter niet wettig en overtuigend bewezen acht dat de verdachte het ten laste gelegde feit heeft begaan
Vrijspraak betekent niet dat je het niet gedaan hebt, het betekent alleen maar dat het niet bewezen kan worden.
De Nederlandse levensmiddelentechnoloog Harm Fitié (44), in China wegens doodslag op zijn buurman tot twaalf jaar cel veroordeeld, heeft al zijn hoop op vrijspraak of een nieuw proces gevestigd op het hooggerechtshof in Beijing. „Hij heeft geloof in het Chinese systeem niet helemaal verloren. Dat houdt hem op de been. Zwaar is het wel”, vertelt zijn Franse vriendin Dianne Vandesmet. Zij werkte in Beijing als journaliste bij de Chinese staatstelevisie en bij de Franse Kamer van Koophandel.

Woordherkomst
samenstelling van vrij en spraak

Verwante begrippen
absolutie