Gepubliceerd op 31-10-2017

vonk

betekenis & definitie

vonk - Zelfstandignaamwoord
1. klein rondvliegend gloeiend korreltje of brokstukje
Hij rakelde het vuur op en de vonken vlogen in het rond.
2. (natuurkunde) een vurige elektrische ontlading die de lucht ioniseert
De isolatie was doorgesleten en er sprong een vonk over.
3. (scheepvaart), (verouderd) oude bijnaam voor een radiotelegrafist
De vonk heeft zijn bijnaam te danken aan z'n werk met de antieke "vonkenzenders.".

vonk - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vonken
♢ Ik vonk
2. gebiedende wijs van vonken
vonk!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vonken
vonk je?

Uitdrukkingen en gezegden
♦ een overslaande vonk
een emotie die ineens ook bij anderen ontvlamt
♦ de vonken slaan/vliegen ervanaf
gezegd van iemand die keihard aan het werk is

Synoniemen
[3] draad, vonkenboer

Verwante begrippen
[1] aansteker, bougie, explosie, gasaansteker, houtvuur, ontbranding, slijpsteen, smederij, vlam, vuur, vuurwerk, [3] bericht, contact, communicatie, marconist, noodsignaal, radiohut, radio-officier, radiotelegrafist, radiozender, telegrafie, telegram, weerbericht