Gepubliceerd op 02-11-2017

stereo

betekenis & definitie

stereo - Zelfstandignaamwoord
1. (elektronica) stereofonie
2. (elektronica) stereo-installatie
3. (wiskunde) stereometrie

stereo - Bijvoeglijk naamwoord
1. (elektronica) (van geluid) over twee sporen of kanalen.
Het geluid was stereo en van goede kwaliteit.

Woordherkomst
Van het Griekse "στερεός" (stereos), "stevig, solide"

Antoniemen
mono