misgaat - Werkwoord
1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misgaan
♢... dat jij misgaat2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misgaan
♢... dat hij misgaat
misgaat - Werkwoord
1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misgaan
♢ Jij misgaat
2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van misgaan
♢ Hij misgaat
3. verouderde gebiedende wijs meervoud van misgaan
♢ misgaat!
Verwante begrippen
gaat mis
Gepubliceerd op 04-12-2017
misgaat
betekenis & definitie