Gepubliceerd op 14-11-2017

geforceerd

betekenis & definitie

geforceerd - Werkwoord
1. voltooid deelwoord van forceren

geforceerd - Bijvoeglijk naamwoord
1. met (te veel) kracht
De geforceerde deur kon niet meer goed gesloten worden.
Het geforceerde compromis maakte van de conferentie op het einde toch nog een succes.
2. gemaakt, niet echt
Met een geforceerde glimlach probeerde hij zijn grote verlies te verdoezelen.
3. van metalen voorwerpen dat ze door forceren tot stand gekomen zijn
Wij hebben thuis een geforceerde zilveren vaas.