Gepubliceerd op 04-12-2017

hopen

betekenis & definitie

hopen - Werkwoord
1. (ov) wensen, graag zien dat er iets wel of niet voorvalt
Hij hoopte dat hij zijn proefwerk had gehaald.

hopen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord hoop

Woordherkomst
afkomstig van:
Middelnederlands: hopen
Oudernederlands: hopon
Germaans: *hupōnan