Gepubliceerd op 13-11-2017

dreigend

betekenis & definitie

dreigend - Deelwoord
1. onvoltooid deelwoord van dreigen
1. attributief gebruikt
Na de dreigende taal over en weer loopt de spanning verder op.
2. attributief gebruikt
Er is een dreigend tekort aan leraren.
Hij waarschuwt voor een dreigend financieel debacle met de bouwplannen.
3. bijwoordelijk gebruikt
Dreigend met een groot mes liep hij op mij af.

dreigend - Bijvoeglijk naamwoord
1. eigenschap van iets dat bang maakt
De dreigende houding van de man maakte iedereen bang.