copuleren - Werkwoord
1. (inerg) (dierkunde) (seksualiteit) geslachtsgemeenschap hebben
♢ Bij deze soort wordt er pas gecopuleerd na een uitgebreid paringsritueel.
Woordherkomst
afgeleid van het Franse copuler (met het achtervoegsel -eren)
Synoniemen
paren, coïteren
Verwante begrippen
copulatie
Gepubliceerd op 03-10-2017
copuleren
betekenis & definitie