civielrechtelijk

betekenis & definitie

civielrechtelijk - Bijvoeglijk naamwoord
1. betreffende het burgerlijkrecht (het recht dat gaat over de relatie burger - burger)
♢ De Tweede Kamer vindt dat de doorverkoop van tickets aan banden moet worden gelegd. Een initiatiefwet van SP en CDA werd in 2010 door een ruime meerderheid aangenomen en wordt op dit moment behandeld in de Eerste Kamer. Het voorstel is dat een ticket voor maximaal 120 procent van het aankoopbedrag mag worden doorverkocht. Betaalt de koper toch meer, dan zou hij dat te veel betaalde bedrag via een civielrechtelijke procedure kunnen terugeisen.
♢ Bestuurders die ondermaats presteren en daardoor moeten opstappen, kunnen nu soms bij een andere zorginstelling weer aan de slag. Keijzer en Potters willen dat managers die keer op keer slecht werk doen, voortaan via een civielrechtelijk verbod uit de zorg geweerd kunnen worden. De nieuwe wet moet gaan gelden voor bestuurders in ouderenzorg, gehandicaptenzorg, jeugdzorg en ggz.

Woordherkomst
samenstelling van civiel en rechterlijk
afgeleid van civiel recht met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-

Synoniemen
privaatrechtelijk

Verwante begrippen
strafrechtelijk, bestuursrechtelijk