bezwijken - Werkwoord
1. ergatief zwichten
2. het opgeven
3. bezwijken aan: sterven
♢ De man bezweek aan de gevolgen van het ongeval.
4. bezwijken onder: kapot gaan door niet serk genoeg te zijn
♢ De vrachtwagen bezweek onder de te zware vracht.
5. bezwijken voor: geen weerstand kunnen bieden aan verleidingen
♢ De jongen bezweek aan de verleidingen van de grote stad.
6. bezwijken van: ten ondergaan gaan aan een oorzaak
♢ De marathonloper bezweek van de dorst.
Woordherkomst
afgeleid van zwijken met het voorvoegsel be-
Gepubliceerd op 10-11-2017
bezwijken
betekenis & definitie