bewolkt - Bijvoeglijk naamwoord
1. met wolken bedekt
♢ Toen we het huis verlieten, kwam er ineens een bewolkte lucht boven ons.
bewolkt - Werkwoord
1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bewolken
♢ Jij bewolkt
2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bewolken
♢ Hij bewolkt
3. verouderde gebiedende wijs meervoud van bewolken
♢ bewolkt!
Woordherkomst
Voltooid deelwoord van bewolken
Synoniemen
betrokken
Antoniemen
onbewolkt
wolkeloos
wolkloos
Gepubliceerd op 10-11-2017
bewolkt
betekenis & definitie