Gepubliceerd op 17-10-2017

architraaf

betekenis & definitie

architraaf - Zelfstandignaamwoord
1. (bouwkunde) in de bouwkunst uit het Midden-Oosten, de Griekse en de Romeinse architectuur de onderste dragende balk in het hoofdgestel (kroonwerk) van een gebouw
2. (bouwkunde) onderste vlakke gedeelte aan een kroonlijst, de gevellijst
3. (bouwkunde) (houten) lijst als sierafwerking rondom een kozijn

Woordherkomst
uit het Italiaans