Gepubliceerd op 31-10-2017

aangrijpend

betekenis & definitie

aangríjpend - Bijvoeglijk naamwoord
1. aandoenlijk, ontroerend
Twee miljoen mensen kwamen Obama inhuldigen en niemand werd gearresteerd. Dit was iets erg aangrijpends.

áángrijpend - Bijvoeglijk naamwoord
1. onvoltooid deelwoord van aangrijpen: de in dit punt aangrijpende vectoren.

aangrijpend - Werkwoord
1. onvoltooid deelwoord vanaangrijpen