Janitsaren (Turks: Yeni tscheri — nieuwe militie). Dit Turkse legerkorps werd in 1329 door Sultan Orchan gevormd uit Christen- gevangenen, die gedwongen waren geworden tot den Islam over te gaan. Sultan Murad I hervormde de gehele inrichting (1560) en bracht het getal op 12000 (later steeg het tot wel 100.000 man).Deze troepenmacht was het eerste staande leger (beroepssoldaten) en bewees den sultan dan ook groote diensten, o. a. was de verovering van Constantinopel aan hen te danken.
De Janitsaren ontvingen dan ook van den sultan bijzondere voorrechten (o. a. erfelijken vrijdom van belasting), zodat weldra ook jonge Turken van de aanzienlijkste geslachten tot het korps toetraden en er ten laatste geen krijgsgevangenen meer werden aangenomen. Zij stonden onder een opperbevelhebber, den aga, waren goed gewapend en vormden de kern van het Turksche leger. Op den duur echter werden de Janitsaren door hun macht den sultan gevaarlijk : verschillende sultans werden zelfs door hen vermoord. Eerst aan Mahomed II gelukte het tijdens een opstand der Janitsaren dezen met behulp der trouw gebleven troepen te verslaan en het aloude korps aï te schaffen (1826).