[Fr. facette = lett.: klein gezicht, gezichtje]
1. geslepen vlak van edelsteen e.d.;
2. (fig.) aanblik, blik vanuit bep. zijde, aspect, bep. kant van een zaak, kwestie of situatie;
3. elk der afzonderlijke elementen van het samengestelde oog bij vele geleedpotige dieren zoals bijv. bij insekten en kreeften (facettenoog).