Gepubliceerd op 16-11-2020

Taalmannetje

betekenis & definitie

Naam voor Fitis, Tjiftjaf en/of Spotvogel [B&TS 1995, zonder opgave van locatie en bron]. Mnl taelman 'redenaar', ook: 'tolk'.

In de laatste betekenis zou het woord in overdrachtelijke zin op de Spotvogel kunnen zijn toegepast, omdat deze zo gevarieerd zingt: vgl. Zevenzangertje. [mb.98I,5] ETYMOLOGIE N taal <N taele, tale. (Lingua) [VK c.1618] <mnl tale, tael (in Limburg betekende dit ook: 'getal'); fries taal; oudsaksisch tala 'getal'; D Zahl 'getal, aantal' <mhd zal <ohd zala; E tale 'verhaal, ook: getal' <oudengels talu; zweeds tal 'getal, rede(voering)' <oudnoords tala. De idg verbindingen zijn onzeker [vDE 1993], maar NEW 1992 en Mackensen 1985 prefereren de verbinding naar Lat dolare 'met de timmermansbijl bewerken' en Gr dóloi 'vlechtwerk'; NEW legt eerst het alom bekende verband tussen het houwen (idg wortel *del 'splijten, houwen van twijgen en het vlechten van deze tot een omheining' en vervolgens het verband tussen de gevlochten omheinig en de dingplaats, waar tellen, vertellen en rechtspreken de voornaamste bezigheden waren.