Groningse volksnaam voor de Scholekster, in Termunten. De naam staat vermeld in Ter Laan 1929/1952, maar kon door eigen onderzoek van VPG [VPG 1983 p.50] niet bevestigd worden.
De vogelnaam is goed te verklaren, nl. geheel als Stint en Stintling ←. Een Scholekster is ook inderdaad een tamelijk gedrongen vogel.We mogen veronderstellen dat de -din de naam Stindel een stemloze -tis geweest. Nogal wat groningse woorden vertonen een stemhebbende medeklinker waar dat in het N een stemloze is, een fenomeen dat ook in het deens voorkomt (deens n0d versus zweeds nöt en N noot). Ook in gronings Dikschiederiet ziet men een stemhebbende d op de plaats waar we een stemloze t verwachten en verder in Bonde Laiw ( = Scholekster, letterlijk 'bonte Leeuw'), Kwardel, Kadoel 'Katuil', Neddelkeunke (Winterkoning, letterlijk'(Brand)netelkoninkje') etc.