Anas discors Linnaeus 1766. Uit Noord-Amerika afkomstige, zeldzaam naar Europa verdwalende Taling met lichtblauwe velden op het voorste deel van de armvleugel.
Vooral het volwassen ♂ verschilt in kleur en patroon duidelijk van het volwassen ♂ van de Zomertaling, reden voor de wetenschappelijke naam (Latdiscors (=verschillend) <Latdis 'twee' en Lat cor 'hart'). Wat de blauwe voorvleugel betreft echter stemmen beide soorten goed overeen. Dit was dan ook ws. mede een reden om de soort [in Snouckaert 1908] uitdrukkelijk Amerikaansche Blauwvleugeltaling te noemen, nadat men deze op 24 oktober 1899 voor het eerst in de Lage Landen zag.ETYMOLOGIE N vleugel <mnl vleughel, vloghel, vluegel; fries fleugel (naast gebruikelijker wjuk, wjok (N wiek)); D Flügel <mhd vlügel; achterhoeks vleugel, vlöggel; mnd vlogel >laatoudnoords flygill >zweeds flygel (naast vinge); <germ *flugila, een afleiding van een ww. 'vliegen' (meer sub Vliegende Krodde). Een voorloper van het woord voor vleugel is misschien de bron geweest van het woord Vogel, zie aldaar.
{Vleugel 'piano' <mnd vlogel 'harp' (1343) [NEW 1992].}
