dichter, 1804—75, werd in 1840 custos bij het kabinet van munten en antiquiteiten te Weenen. Zijn [i]Geddtde in niederes lerr.
Mundart[/i] werden veel gelezen. In 1854 werd zijn nieuwe tekst op Haydn’s „Gott erhalte” officieel als Oostonrijksch volkslied erkend.