Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

Gepubliceerd op 11-04-2022

killen

betekenis & definitie

(werkwoord)

[alg.] mollen, slopen, afmaken, kapotmaken, stoppen, stopzetten, afschieten

- Op bestelling maakte de huurmoordenaar de een na de ander af.
- Werken de ambtenaren aan een mooi plan, moet de burgemeester het om financi?le redenen weer afschieten.

< >