Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

Gepubliceerd op 11-04-2022

housekeeper

betekenis & definitie

(zelfstandig naamwoord)

[alg.] kamermeisje; schoonmaker, kamerverzorger

- Nadat de gasten in hun hotelkamer hadden doorgevierd, waren er drie kamermeisjes nodig om de ruimte weer toonbaar te maken.
- Voor woonzorgcentrum Veteranus zijn we voor komende schooljaar op zoek naar een stagiaire-kamerverzorger.

< >