(zelfstandig naamwoord)
[psych.] ontvluchter, vluchter, ontwijker
- De wereld wordt zo ingewikkeld en is dus onbegrepen, dat velen zich als ontwijker ontpoppen.
- Kun of wil je de wereld niet veranderen en wil je niet aan de wanhoop ten prooi vallen, dan kun je nog altijd ontvluchter worden.