Verklarend woordenboek Nederlands-Indië

Pieter Johannes Veth (2003)

Gepubliceerd op 15-08-2017

kaaiman 1

betekenis & definitie

kaaiman [krokodil]. Kaaiman is volgens Van Dale een soort van krokodil die de rivieren van Amerika, vooral van Guyana, bewoont. Dit is volkomen juist en in overeenstemming met het oude en echte spraakgebruik. Piso, in De Indiae utriusque re naturali, p. 282, spreekt van de Crocodilus vulgo Cayman dictus [krokodil, door het volk Cayman genoemd] als van een dier in West-Indië, gelijkende op de krokodillen van Afrika en Azië, maar kleiner. Bij S. de Vries, Curieuse aenmerckinghen, deel II, p. 576, waar hij van Nieuw-Granada spreekt, leest men: ‘de rivieren herberghen ook ’t verslindende dier, van de Indianen genoemd Caymans, van de Spanjaarden Lagartos, zijnde een slagh van crocodillen.’ Wij zien hieruit dat de ware kaaiman noch een gaviaal, noch een echte krokodil is, maar een alligator. In het voorbijgaan zij hier opgemerkt, dat alligator slechts in schijn een Latijns woord is, maar inderdaad een Spaans, namelijk lagarto, vermeerderd met het lidwoord el, en waarin oorspronkelijk het Latijnse lacerta, dat is hagedis, schuilt. De naam waarvan wij kaaiman gemaakt hebben, is door de Indianen van Amerika zelf aan de hun bekende soort van krokodillen gegeven.

Intussen wordt thans door de Nederlanders in de Indische Archipel de naam kaaiman algemeen toegepast op de daar veelvuldig voorkomende Crocodilus biporcatus, een soort van echte krokodil, en men schijnt er zozeer van overtuigd te zijn dat kaaiman van echt Nederlandse oorsprong en met man samengesteld is, dat men, evenals men van timmerman in het meervoud timmerlieden, of in de volksspraak timmerlui maakt, zo ook gewoon is van kaailieden en kaailui te spreken. Dat het gebruik van kaaiman voor de Oost-Indische krokodil reeds zeer oud is, blijkt daaruit dat Bontius, wiens aantekeningen over de natuurlijke historie van Indië Piso als een aanhangsel op zijn zo-even genoemd werk heeft uitgegeven, p. 55, schrijft dat de krokodil zoals hij te Batavia voorkomt ‘per totam Indiam Cayman audit’ [in heel Indië Cayman genoemd wordt]. Bontius was een tijdgenoot van Koen. Het blijkt dus dat de naam kaaiman reeds zeer vroeg óf door onze landgenoten óf door de Portugezen uit West-Indië naar Oost-Indië moet zijn overgebracht. Die vroege verbreiding van het woord in Insulinde doet mij echter bij voorkeur aan de Portugezen als overbrengers denken, vooral in verband met zijn vorm. De Portugezen schrijven het woord caimão of caimam; vormen die, zoals bekend is, in uitspraak bijna geheel met ons kaaiman overeenkomen. Wij zullen dus het woord door hun tussenkomst van de Indianen ontvangen hebben.

Het woord caiman wordt ook in het Frans gebruikt. Ik voeg hierbij wat Littré over de oorsprong van dit woord aantekent omdat het mijn gevoelen bevestigt: ‘Etym. Acayouman, nom du crocodile en langue caraïbe. Dict[ionaire] français-caraibe du Père Raymond Breton, Auxerre, 1664. Indi Aquelzoallin, alii Caymanem vocant. Nieremberg, Hist[oria] Nat[urae] XII: 5. De los lagartos o Caymanes qua llaman (des lézards, ou, comme on dit, caimans). Acosta, Hist[oria] nat[ural y moral] de [las] Indias, III, 17.’

< >