nieuwkomer, groentje
We voelden ons trots na dat natte pak, want nu hadden we het voorrecht onszelf matroos te noemen. Elke neofiet diende in de tijd van de windjammer dat doopsel te ondergaan.
(Walter Van den Broeck, Aantekeningen van een stambewaarder)
Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gangbaarheid: 5
Vlaamsheid: 7
Gepubliceerd op 21-07-2020
neofiet
betekenis & definitie